maandag 9 december 2013

Houffatrail, 8 december 2013

Vlak na de trail in La Roche (augustus) stonden Sara en ik stijf van de adrenaline en waren we helemaal euforisch.  Trails lopen bleek helemaal ons ding, we gingen ons erop toeleggen!  We schreven ons dan ook onmiddellijk in voor de Houffatrail van 8/12.  We hadden er in feite nog niet eens over nagedacht of het wel in ons schema zou passen - de halve marathon van Eindhoven kwam er immers aan (oktober) en vroeg heel wat kilometers ter voorbereiding.  Maar na overleg met onze coach, die de smaak van trail running al langer te pakken had, moest het toch nog wel lukken.  Na de halve marathon (superzwaar, wat een weer!) en na één of twee rustige weken konden we dan aan onze heuveltrainingen beginnen. 
Ondertussen probeerden we nog andere mensen binnen de club te infecteren met het trail-virus, maar gek genoeg zag niet iedereen de lol in van dat bergop en bergaf lopen.  En hoe enthousiaster ik vertelde over het afzien bij de bergop en het recuperen  tijdens de bergaf, en over het water in je schoenen dat zo grappig sopte als je uit de Ourthe kwam, hoe meer mensen hun bedenkingen kregen.  Uiteindelijk waren we met een groepje van 5 (Sara, Patricia, Frank, Herman en ik).  De heuveltrainingen gingen zoals de vorige keer weer door op onze goeie ouwe mijnterril in Waterschei.  Die had geen geheimen meer voor ons en ik had het gevoel dat  de hoogtemeters van de zomer toch nog een beetje nawerkten.  De trainingen verliepen vlot.  Het laatste weekend voor de Houffatrail  gingen we met z'n allen naar Kanne (Zuid-Limburg, niet Zuid-Frankrijk) om de Sint-Pietersberg te bedwingen.  Ik had me zo'n Camelback aangeschaft (rugzakje met waterreservoir en slangetje om uit te drinken) en kon die dan ineens uittesten.  Trouwens, over die Camelback: volgens mij is het etymologisch en zoölogisch correcter  om te spreken van een Dromedarisback, aangezien er maar één bult op je rug zit.  Bovendien heeft het een slurf.  Enfin, drinken lukte, alleen werden we met z'n allen een beetje misselijk van het klotsen van het water in mijn bult...

http://instagram.com/p/gP3CQYmwP6/

http://instagram.com/p/gP3BjmGwP5/




Ondertussen bleek het parcours van de Houffatrail nogal wispelturig te zijn.  We hadden ons oorspronkelijk ingeschreven voor een pittige 13 km, wat ons ruim voldoende leek.  Na een aantal weken meldde de website dat het 14 km zouden worden.  Uiteindelijk waren het er 15,4.  Psychologisch toch wel even zwaar, vooral omdat dat volgens mij erg dicht bij 10 mijl begon te komen.  Tien mijl, maar dan in de Ardennen...  En opeens kreeg ik ook in de gaten dat er - zelfs in de winter - een watercrossing aan te pas zou komen.  Niet aan het einde, zoals bij onze vorige trail, maar na 9 km.  "Kniehoog, stromend water", aldus de website.  "Koud" zeiden ze er niet bij, maar ik had wel een donkerbruin vermoeden...
De laatste week voor de wedstrijd zou naar goede gewoonte een rustige voorbereiding worden, met enkele kortere duurloopjes en een kleine intervaltraining, maar daar kwam niks van terecht.  Druk schema met vergaderingen, etentjes, sociaal engagement en het grote Sinterklaasfeest.  Plus de laatste drie dagen barstende hoofdpijn, waardoor ik de zaterdag voor een groot deel op de zetel heb doorgebracht.  Niet erg opbeurend als je weet dat je 's anderendaags al je krachten zal kunnen gebruiken.  Plus Sara moest door omstandigheden laten afweten.  Spijtig, zeker na zo'n voorbereiding...
Dus met z'n vieren zondagmorgen op weg naar Houffalize. Ik met kleine oogjes en een beetje schrik voor wat komen zou.  Sandwichen met confituur en bananen zouden me wel op de been houden.  Energiedrankje in de rugzak, "gelleke" in de front pocket.  Pakje zakdoeken in mijn broek, hoewel ik vermoed dat de meeste trailrunners dat behoorlijk belachelijk zouden vinden.  Neus snuiten gebeurt met één vinger tegen de neusvleugel en een krachtige snuitbeweging naar de kant waar de minste kans op slachtoffers is.  Hoewel ik een hevig tegenstander was van dit gebruik, moet ik toegeven dat ik mij die techniek ook meester heb gemaakt, tijdens de beklimming (per fiets) van de Mont Ventoux, toen ik de optimale capaciteit van mijn luchtwegen nodig had en ik echt niet anders kon.  En, eerlijk is eerlijk, het werkt, plus het is milieuvriendelijk, want inderdaad geen zakdoeken nodig.  Maar niet erg ladylike, vandaar toch maar dat pakje kleenex in de zijzak... Hoewel, mijn weerspiegeling in een venster leek in de verste verte niet op een lady.  Bult op mijn rug, bandana op mijn hoofd, sportkleren in alle kleuren van de regenboog...
Aankomst en vertrek waren in en rond hotel "Ol Fosse d'Outh". Na een kwartiertje warmlopen gingen we ons opstellen aan de start.  Toch maar een beetje naar voren opgeschoven, je weet nooit. Na een 500 m ging het al flink bergop.  En bergop en bergop en bergop...  Eerst een stukje verhard, nadien werd de ondergrond flink zompig.  Het lopen was zwaar.  Hier en daar bleef mijn schoen bijna vastzitten in de modder.  Mijn voeten schoven ook van links naar rechts, hoofdzaak was rechtblijven, aan mijn tempo dacht ik al helemaal niet.  Dan volgde een lange afdaling, helaas ook weer uitkijken om niet uit te schuiven en te vallen, dus deze keer was er minder sprake van snelheid maken.  En zo ging het een hele tijd bergop en bergaf.  Bergop ging erg zwaar, en dat was ik niet gewoon.  Meestal loop ik graag bergop en kan ik makkelijk mijn eigen tempo bepalen en houden.  Maar deze keer voelden mijn benen vooral slap aan en had ik het idee dat het allemaal nogal sukkelachtig was.  Ik stak nog wel mensen voorbij bij de afdaling, maar die haalden mij bij het stijgen weer in.  Het landschap zal best wel heel mooi geweest zijn, maar ik heb toch vooral de grond net voor mijn voeten gezien. 
Nu, door je zo te concentreren gingen de eerste kilometers wel snel voorbij, en zelfs de watercrossing was er voor ik er erg in had.  Hoewel ik er op voorhand serieus tegenop had gezien, heb ik geen seconde nagedacht en ben recht de Ourthe in gerend.  Gelukkig  hadden de galanteriken van de organisatie een touw gespannen van oever naar oever, en dat was geen overbodige luxe.  De stroming was behoorlijk sterk en de bodem glibberig.  Het scheelde maar een haar of ik was onderuit gegaan.  Mijn gegil ging volgens mij door merg en been. Achteraf hoorde ik van Frank dat hij verschillende mensen kopje onder heeft zien gaan.  Ik heb mij ook wijselijk vastgeklampt, anders waren ze mij een paar kilometer verder stroomafwaarts kunnen komen zoeken.  En  ik heb ook kunnen vaststellen dat "kniehoog" totaal geen meetkundige waarde heeft.  Waarschijnlijk een vent van twee meter die beslist heeft dat het water kniehoog kwam.  Mijn billen waren net niet nat... Uit het water klimmen en dan weer looppas omhoog.  Mijn schoenen vol water natuurlijk, en mijn benen verdoofd (van de kou, waarschijnlijk, al voelde ik dus niks).  De eerste kilometer na het water was echt zwaar.

Toen het water stilaan uit mijn schoenen was gelopen en ik weer min of meer warm was, kwam ik aan de bevoorrading.  Er stond vanalles te dampen en het zag er wel aanlokkelijk uit maar ik was bang dat ik onder een dekentje zou kruipen en er niet meer onderuit zou komen.  Dus maar verder en een vies gelleke naar binnen gespeeld, enfin, toch half, want ik kreeg met geen mogelijkheid meer dan een half zakje binnen.  Het was iets met appel en ik had de indruk dat er brokjes in zaten :-(.
Nog een paar keer aan mijn drankje gelurkt om de laatste kilometers aan te vatten.  Toch moeilijk als je niet weet wat er je nog te wachten staat.  De vorige keer, in La Roche, hadden we het parcours op voorhand verkend, en dat scheelt. Nu werd het parcours erg vermoeiend, stijgen en dalen wisselden elkaar snel af, en op den duur staken de Zwarte Gedachten de kop op: ik was eigenlijk best wel ellendig geweest, gisteren... ziek, eigenlijk... en moe...  oververmoeid, waarschijnlijk... en hoofdpijn... en toen die hoofdpijn weg was nog een glas wijn gedronken... wijn voor de wedstrijd, tssss... fataal...  Uiteindelijk zag ik een dorp liggen in een kom. Ik hoopte maar dat het Houffalize was.  Ja, inderdaad, "Houffalize" las ik op een plaat. Lag dat hotel beneden of boven?  Nee toch, opnieuw omhoog!  Het laatste stuk was echt glibberen en glijden, en ik heb (domdomdom) nog plaats gemaakt om iemand voor te laten - ik dacht iemand van de 25 km, maar het bleek een dame van de 15 km te zijn.  Verdikke, die ging met mijn plaats lopen.
Ik heb onderweg geen moment naar mijn tijd gekeken, en had dus ook geen idee hoe ik het ervan af had gebracht.  Net voor de finish kwam Herman mij al tegemoet lopen, hij was een dikke 10 minuten eerder aangekomen, net na Frank.  Eventjes na mij kwam Patricia binnen.  We waren allemaal modderig en vies, en wilden zo snel mogelijk douchen.  Helaas stond er een lange file aan de douches.  Dan maar met de Franse slag opgefrist en omgekleed.  Herman toverde nog een "Radler" uit zijn hoge hoed - dé remedie tegen spierpijn.  Deed deugd.  Honger had ik helemaal niet.  Eerder misselijk.
Iedereen had zich volledig gegeven.  Het was stil in de auto op de terugrit.  En toen ik met mijn zweterig haar en rouwrandjes en al op weg naar huis was dacht ik: toch vetzakjes, die Fransen...

P.S. Naderhand bleek ik  9de vrouw te zijn.  Alweer.   Niet slecht natuurlijk, maar de volgende keer ga ik toch een pietsie harder trainen.  Eens kijken of ik me al kan inschrijven voor de volgende trail...

http://www.chronorace.be/web2/Classements/Classement.aspx?eventId=243017839542274&mode=large&IdClassement=10008

Geen opmerkingen:

Een reactie posten